Zoekt de 'leden' van een groep. Soms is ook een toelichting van de groep beschikbaar.
Informatie over de groep Apostelen:
De term apostel wordt in de christelijke traditie gebruikt voor iemand die door Jezus is uitgezonden om het evangelie te verspreiden.
De twaalf apostelen
Volgens de christelijke traditie zond Jezus discipelen uit om zijn boodschap te verspreiden. Twaalf van hen, die tot de binnenste kring van Jezus' aanhangers behoorden, worden van de overige volgelingen van Jezus onderscheiden doordat zij "De Twaalf" genoemd worden (de twaalf apostelen, de twaalf discipelen, de twaalf leerlingen). De eerste historische verwijzing naar "de twaalf" staat in 1 Korintiërs 15:5: "[Jezus] is verschenen aan Kefas [de apostel Petrus] en vervolgens aan de twaalf". Volgens de synoptische evangeliën werden zij door Jezus zelf als apostel aangesteld. Er moet echter worden opgemerkt dat na hun terugkomst zij weer werden aangeduid als discipelen in deze evangeliën. Er kan niet met zekerheid worden gezegd dat "de twaalf" en "de apostelen" synoniemen waren, hoewel Matteüs 10:1,2,5 hier wel op lijkt te duiden.
In het Evangelie volgens Johannes ontbreekt de aanduiding apostel of een opsomming van "de twaalf". In dat evangelie treedt een zekere Natanaël op, die in de synoptische evangeliën ontbreekt. Hij wordt geen apostel genoemd, maar is wel in hun gezelschap na de opstanding van Jezus. In de parallelle episode in Handelingen wordt in zijn plaats Bartolomeüs opgevoerd.
Een van de twaalf, Judas Iskariot, beroofde zichzelf van het leven nadat hij Jezus verraden had. Volgens Handelingen werd hij opgevolgd door Mattias, waardoor het aantal weer op twaalf kwam. Bij de overweging wie de plaats van Judas kon innemen, werd het criterium gedefinieerd: "een van de mannen die steeds bij ons waren toen de Heer Jezus onder ons verkeerde". Ook in de nieuwe samenstelling wordt gesproken van "de twaalf apostelen".
In de traditie van na het Nieuwe Testament begonnen de twaalf apostelen toen Jezus niet meer in hun midden was, met het verspreiden van het evangelie buiten de gebieden die al tijdens Jezus' leven waren bereikt.
De traditionele lijst van "de twaalf apostelen"
Na de toetreding van Mattias waren de apostelen (in alfabetische volgorde):
- Andreas (broer van Simon Petrus)
- Bartolomeüs
- Filippus
- Jakobus (zoon van Alfeüs)
- Jakobus de Meerdere (zoon van Zebedeüs; met zijn broer Johannes werden zij Boanerges genoemd: "zonen van de donder")
- Johannes (zoon van Zebedeüs: met zijn broer Jakobus werden zij Boanerges genoemd: "zonen van de donder")
- Judas Taddeüs (ook wel Judas Lebbeüs genoemd, broer van Jakobus de Rechtvaardige)
- Matteüs (ook wel Levi genoemd)
- Mattias (nam na de hemelvaart de plaats in van Judas Iskariot)
- Simon Petrus (Petrus is een vertaling van zijn bijnaam Kefas)
- Simon (met vaak als toevoeging "de Zeloot" of "de IJveraar")
- Thomas
Vroege kerk
In de vroege kerk was er geen overeenstemming of de vrijgevallen plaats van Judas Iskariot werd opgevuld door Mattias of door Paulus. In de vroege kerk werd namelijk veel waarde gehecht aan de parallel van twaalf apostelen met de twaalf stammen van Israël en werd daarom óf Paulus óf Mattias als apostel erkend en de andere niet. In Paulus' verslag (dat ouder is dan Handelingen) noemt hij zichzelf expliciet apostel, maar hij was geen metgezel van Jezus geweest, wat volgens Handelingen een criterium was. Van Mattias was verder echter niets bekend en nog bij Clemens van Alexandrië klinkt twijfel door of Mattias wel de twaalfde apostel was.
Al in het midden van de eerste eeuw ontwikkelde de term apostel zich naar een algemener aanduiding van iemand die aangewezen was om een specifieke taak te vervullen. Zo werden ook Jakobus, Barnabas, Andronikus en de vrouw Junia aangeduid als apostel, net als Titus, Epafroditus, de "ἀπόστολος, apostolos, apostel van de Filippenzen" en een brede groep christenen. Eén keer wordt ook Jezus zelf een apostel genoemd.
In de orthodoxe kerken is er een traditie dat er zeventig apostelen waren (of 72), gebaseerd op de uitzending die wordt vermeld in Lucas 10. De namen van de oorspronkelijke zeventig apostelen zijn onbekend omdat velen Jezus al verlieten voordat hij stierf.
Personen in de groep Apostelen: